NJI Haven- en werfreglement 2024
Dit reglement geldt voor iedereen die zich op het haventerrein, bestaande uit de haven, de werf, de bijbehorende (parkeer-)terreinen en alle gebouwen op dit
terrein, bevindt, om een optimale veiligheid voor mens, dier en milieu te waarborgen. Los van concrete aanwijzingen van de havenmeester/werfbaas dient u
het volgende in acht te nemen:
I. RUST, ORDE EN VEILIGHEID
Tenzij hiervoor van de havenmeester/werfbaas uitdrukkelijke toestemming is verkregen, is het op de jachthaven/-werf, op straffe van een eventuele
ontzegging van de toegang door de havenmeester/werfbaas, verboden om:
1. hinder te veroorzaken;
2. (huis-)dieren los te laten lopen;
3. motoren te laten draaien, anders dan om het vaartuig te verplaatsen;
4. een andere ligplaats te kiezen dan is aangewezen;
5. met gehesen zeilen of met een onveilige snelheid te varen;
6. het vaartuig niet netjes af te meren of in onverzorgde staat te laten;
7. te barbecueën en/of open vuur te gebruiken;
8. eigendommen buiten het vaartuig onbeheerd achter te laten;
9. te zwemmen en te duiken in het havenwater;
10. het vaartuig of de lig- of bergplaats tot voorwerp van commerciële activiteit te maken. Hier valt ook de verkoop, dan wel het aanprijzen ter verkoop, van
het vaartuig en/of toebehoren onder;
11. het gestalde vaartuig als verblijfplaats te kiezen;
12. brandgevaarlijke werkzaamheden uit te voeren zoals lassen, slijpen, branden en met open vuur werken;
13. vluchtwegen, steigers en uitgang te blokkeren;
14. te roken in de loods en/of gebouwen en ruimten op het haventerrein.
De havenmeester/werfbaas heeft het recht de stroomvoorziening van de loodsen en/of werkplaats af te sluiten, de toegang tot bepaalde plaatsen te beperken
en, indien nodig naar zijn mening, het vaartuig te verplaatsen.
II. VERONTREINIGING
Op straffe van een ontzegging van de toegang tot de jachthaven/-werf, een vergoedingsplicht van de verwijderings-/schoonmaakkosten van de veroorzaakte
verontreiniging en een boete, is het verboden om:
1. uit het boordtoilet afkomstige afvalstoffen in het water te lozen;
2. de jachthaven te verontreinigen met milieuverontreinigende stoffen, zoals olie, bilgewater, vet, huishoudelijk afval en uitwerpselen (van dieren);
3. vaartuigen en auto’s schoon te maken met drinkwater en/of niet biologisch afbreekbare schoonmaakmiddelen.
III. TIJDENS DE BERGING OF OP DE LIGPLAATS
Het is op straffe van een ontzegging van de toegang tot de jachthaven/-werf, verboden om:
1. de (scheeps-)verwarming te gebruiken zonder direct toezicht;
2. accu’s (in het vaartuig) op te laden zonder direct toezicht;
3. het vaartuig aangesloten te laten op walstroom zonder direct toezicht.
IV. WINTERSTALLING
Het is op de jachthaven/-werf, loodsen en/of werkplaatsen, op straffe van een ontzegging van de toegang verboden om:
1. aan boord licht ontvlambare stoffen zoals gas, benzine, petroleum, en kerosine te hebben of accu’s aangekoppeld te laten. De hoeveelheid brandstof
in de vaste brandstoftank ten behoeve van de hoofdaandrijving dient zo minimaal mogelijk te zijn. Water- en vuilwatertanks moeten leeg zijn;
2. in het vaartuig te overnachten;
3. steunen of stophout weg te nemen of te verplaatsen;
4. acculaders te gebruiken, behoudens uitdrukkelijke toestemming van de werfbaas;
5. gebruikte poetsdoeken aan boord of in de loods achter te laten (met het oog op mogelijk broeigevaar).
V. WERKZAAMHEDEN AAN VAARTUIGEN
1. het is niet toegestaan werkzaamheden aan, in of op het vaartuig te (laten) verrichten, behoudens uitdrukkelijke toestemming van de
havenmeester/werfbaas.
2. indien met toestemming van de havenmeester/werfbaas schilder- of antifoulingwerkzaamheden mogen worden verricht, dan dient men de vloer om het
schip af te dekken met een zeil of geschikte folie. Men mag uitsluitend antifoulingmiddelen gebruiken die wettelijk zijn toegestaan voor het gebruik door
particulieren.
3. indien met toestemming van de havenmeester/werfbaas op hoogte mag worden gewerkt, dan mag dit alleen met EN 131 of EN 132 gekeurde trapjes,
ladders of rolsteigers.
4. alle werkzaamheden geschieden voor eigen rekening en risico.
VI. AANSPRAKELIJKHEID
Behoudens grove schuld of opzet van de havenmeester/ werfbaas of diens leidinggevende(n), is de jachthaven/ -werf niet aansprakelijk voor schade.
Versie 2024-6